Composieten

Composietenfamilie (Asteraceae)

De composietenfamilie is wereldwijd gezien een van de families met de meeste soorten, meer dan 20.000. Het grootste kenmerk van deze groep zijn de bloemen die bestaan uit allemaal kleine, dicht tegen elkaar liggende bloempjes. Het ziet er dan uit als één bloem.  Composieten worden daarom ook wel samengesteldbloemigen genoemd. Om de samengestelde bloemen heen liggen de groene omwindselblaadjes.

Plantkenmerken: de bladvorm en de bladstand zijn erg gevarieerd.
Bloeiwijze: door middel van een hoofdje. De ongesteelde bloempjes staan compact bijeen op een bloembodem. De bloembodem is voorzien van omwindselbladeren.
Gelachtskenmerken: vruchtbeginsel is onderstandig, eenhokkig - 1 stijl - 2 stempels - 5 meeldraden die bijna altijd buisvormig zijn samengegroeid - de vrucht is een nootje.

Binnen de composieten bestaan de volgende 4 verschillende bloemtypen.
Buisbloemen: voorbeelden van buisbloemen zijn het madeliefje en de gewone margriet. Deze hebben een bloemhoofdje in het midden (het gele hart). Dit gele hart bestaat uit allemaal huisbloemen, waarbij de kroon vergroeid is tot een buis. Ongeveer een derde van alle composieten bestaat uit planten waarbij het bloemhoofdje alleen buisbloemen bevat. Andere voorbeelden van bloemen met buisbloemen zijn boerenwormkruid en jacobskruiskruid. De zonnebloem heeft ook in het midden buisbloemen en aan de rand straalbloemen.
Straalbloemen: het hierboven genoemde madeliefje heeft buisbloemen in het ronde hart van de bloem. De witte krans die om het gele hart heen zit, bestaat uit straalbloemen. Dit zijn gereduceerde lintbloemen. Bij lintbloemen heeft de bovenkant van de bloemkroon 5 tanden en bij straalbloemen zijn dat er 3. Bij sommige bloemen zijn de straalbloemen niet wit maar bijvoorbeeld geel, zoals bij het klein hoefblad.
Lintbloemen: lintbloemen zijn gereduceerde bloemen. Hierbij is de bloemkroon vergroeid tot een enkel bloemblad. De 5 tandjes die bij lintbloemen te zien zijn, zijn de overblijfselen van de oorspronkelijke 5 blaadjes. Voorbeelden van lintbloemen zijn de paardenbloem en het gewoon biggenkruid.
Stralende buisbloemen:

Een paar voorbeelden van geslachten uit de grote composietenfamilie zijn: madeliefjes, margriet, leeuwentand en hoefblad.

Bekijk de composieten van de Veluwezoom

akkerdistel
akkerkool
duizendblad
gelekamille
gele morgenster
gewone margriet
gewone melkdistel
groot streepzaad
klein kruiskruid
klein streepzaad
knikkende distel
knoopkruid
kruldistel
madeliefje
muizenoor
oranje havikskruid
schijfkamille
tuinwegdistel
zomerfijnstraal