Buurschappen en Marken

Buurschappen en Marken

Marken

Marken waren organisaties van boeren, waarin het collectieve gebruik van gemeenschappelijke gronden binnen een agrarische gemeenschap geregeld werd. Het woord ‘marke’ betekent letterlijk grens of scheiding. Een marke is dan ook een gebied dat door een grens is omsloten.

Ongeveer rond het jaar 1.000 had de Veluwe en de Veluwezoom te maken met sterk toenemende zandverstuivingen en heidegebieden. Deze zandverstuivingen en heidegebieden konden ontstaan omdat er steeds meer bossen werden gekapt ten behoeve van de toenemende landbouw om zo de groeiende bevolking te kunnen voeden. In die tijd was de opbrengst van de landbouw nog erg gering vergeleken met tegenwoordig. Hierdoor had men grote hoeveelheden grond nodig om voldoende voedsel te kunnen produceren.

De zandverstuivingen die door de ontbossingen ontstonden bedreigde uiteindelijk de landbouwgronden. Om dit een halt toe te roepen hebben boeren in verschillende plaatsen marken opgericht om het gebruik van de gezamenlijke gronden en bossen in hun gebied te regelen. Op een gegeven moment bestonden er zelfs meer dan 400 marken in Nederland.

Men liet schapen vaak grazen op de gemeenschappelijke 'woeste' gronden.

Men liet schapen vaak grazen op de gemeenschappelijke 'woeste' gronden. Bron: Gelders Archief.

Vaak bestonden de gemeenschappelijke gronden uit 'woeste' gebieden met heide, bospercelen, zandverstuivingen en grasvelden. Deze gemeenschappelijke gronden mochten dan door de boeren gebruikt worden, zoals het laten grazen van de schapen op de heide, het plaggen van de heide, het kappen en verkopen van hout voor bijvoorbeeld brandstof en het weiden van het vee op de grasvelden. Om dit gemeenschappelijk gebruik in goede banen te leiden, hield het bestuur van een mark in de gaten of alles volgens de afgesproken regels verliep. Zo moest de opbrengst van het gebruik voor eigen gebruik zijn en mocht niet aan derden verkocht worden. Daarnaast was er ook een maximum gesteld aan de hoeveelheid gebruik van de gemeenschappelijke gronden.

De boeren die lid waren van de mark (markgenoten) kwamen regelmatig bij elkaar onder leiding van een voorzitter (markenrichter/holtrichter). Dan werden er afspraken gemaakt, maar ook situaties besproken die in strijd met de afspraken waren. De voorzitter had uiteindelijk een coördinerende en regelende taak en mocht ook lage rechtspraak uitvoeren.

Rheder- en Worth-Rheder marken

In Rheden waren er twee marken. De Rheder mark, deze lag aan de Schietbergseweg waar nu restaurant de Houtplaats ligt. En de Worth-Rheder mark, deze lag aan de Holtbanckseweg achter het Rhederhof.  Waarschijnlijk zijn de Rheder en Worth-Rheder marken omstreeks de 12e en 13e eeuw ontstaan. In 1930 werden beide Marken opgeheven en werden de gemeenschappelijke gronden verkocht. Deze gronden kwamen grotendeels in bezit van de Gemeente Rheden, die ze later weer doorverkocht aan Natuurmonumenten.

Boven op de heuvel achter het Rhederhof ligt de Holtbank. Tot aan de opheffing van de Rhedense marken in 1930 werden hier de Marke vergaderingen van de Worth-Rheder Mark gehouden. De Holtbank regelde de aanplant, kap en verkoop van de bomen binnen de Worth-Rheder Mark. Het woord Holtbank betekent letterlijk ‘verkoopplaats van hout’.

Velpse buurschap

Zeer waarschijnlijk is er in Velp geen marke geweest. Er zijn namelijk geen markeboeken ontdekt en een markeboek is onlosmakelijk aan een marke verbonden. Tijdens en vanaf de middeleeuwen was er ook in Velp sprake van gemeenschappelijk grondbezit. Oude kaarten tonen aan dat er hier gemeenschappelijke gronden aanwezig waren. In Velp was er sprake van een buurschap die het gebruik van de gemeenschappelijke gronden regelde. Rond 1800 was Velp een gemeenschap van ongeveer 700 inwoners die grotendeels uit een boerenbevolking bestond. Er is o.a. een boerboekhouding uit 1795 van de geërfden bekend die het bestaan van een buurschap ondersteunt. De leden van deze boeren buurschap kwamen één keer per jaar bijeen om de gemeenschappelijke zaken te regelen. Een buurschap ontstaat uit een boerengemeenschap die met elkaar een dorpsbestuur aanwijzen om gemeenschappelijke te organiseren. Vaak zijn uit dit soort buurschappen, in andere dorpen, de marken ontstaan. In Velp bestaan de geërfden van gemeenschappelijk bezit nog steeds en zijn verenigd in de geërfden van het dorp Velp. Meer informatie daarover is te vinden op de website Geerfdenvanvelp.nl.

Kaarten met gemeenschappelijke gronden in Velp

Op onderstaande kaarten uit de 17e eeuw worden gemeenschappelijke gronden aangeduid. Voorbeelden van naamgevingen hiervan zijn: Gemein velt, Gemeente en Gemein heytvelt. Op de uitsnede-kaarten worden deze gemeenschappelijke gronden aangegeven d.m.v. een rode pijl. De kaarten zijn afkomstig uit het Gelders archief en zijn geproduceerd door de gebroeders Geelkerck.

Je kunt de kaarten vergroten door erop te klikken.

Verschillen tussen een Mark en een Buurschap

Marken en buurschappen hadden gemeen dat ze het beheer over de gemeenschappelijke gronden organiseerden. Er waren echter ook verschillen in de uitvoering van de organisatie. Hieronder een paar voorbeelden van die verschillen.

  1. Marken waren over het algemeen strakker georganiseerd dan buurschappen.
  2. Een marke mocht uit maximaal 60 geërfden bestaan. In een buurschap was iedereen die grond bezat geërfde, al was het maar een klein stukje grond. Dat konden dus veel meer dan 60 geërfden zijn.
  3. Binnen een marke werden de rechten van de markegenoten vastgelegd in een markeboek en werden er notulen van de markebijeenkomsten bijgehouden. Bij de buurschappen gebeurde dit meestal niet.
  4. Marken kenden een zelfstandige rechtspraak. Ze kozen hiervoor hun eigen voorzitters (markerichters), die verantwoordelijk waren voor de rechtspraak en het voorzitten van de bijeenkomsten. Bij de buurschappen hadden de voorzitters (buurrichters), naast hun voorzittersfunctie slechts beperkte civielrechtelijke bevoegdheden.