Knobbelzwaan (Cygnus olor)
De knobbelzwaan is algemeen voorkomende grote zwaan met een grootte van ruim 150 cm en een spanwijdte van meer dan 220 cm. De oranje snavel is een belangrijk onderscheidend kenmerk ten opzichte van de wilde zwaan en kleine zwaan, die en gele snavel hebben. Gemiddeld wordt de knobbelzwaan ongeveer 10 jaar oud, maar er zijn individuen bekend die ouder dan 28 jaar zijn geworden.
Waar leeft de knobbelzwaan?
De knobbelzwaan is een algemeen voorkomende standvogel die graslanden, rivieren, meren en vijvers als leefgebied heeft. Bij erge kou trekt een deel van de knobbelzwanen zuidwaarts, onder andere richting Frankrijk. Bij kou in Oost-Europa, overwinteren ook knobbelzwanen uit die gebieden bij ons.
Wat eet de knobbelzwaan?
Het voedsel van knobbelzwanen bestaat hoofdzakelijk uit waterplanten, grassen en zaden.
Hoe herken je de knobbelzwaan?
Het verenkleed is geheel wit van kleur en de snavel is oranje met een zwarte basis. De knobbelzwaan heeft een lange hals die meestal in een S-vorm gebogen is. De naam dankt de knobbel aan de zwarte knobbel die op zijn voorhoofd zit.
Weetjes over de knobbelzwaan
- Classificatie: Zwanen (geslacht) – Eendachtigen (familie) – Eendvogels (orde) – Vogels (klasse)
- Een knobbelzwaan duikt nooit zo diep zodat hij geheel onder water verdwijnt.
- De knobbelzwaan is de meest voorkomende zwaan in West-Europa.
- De meeste paartjes knobbelzwanen blijven hun hele leven bij elkaar.