Gele morgenster (Tragopogon pratensis subs. Pratensis)
Wat zijn de kenmerken van de Gele morgenster?
Omschrijving: De Gele morgenster (Tragopogon pratensis) is een prachtige wilde bloem die gedijt in Nederlandse graslanden en bermen. Met zijn heldere, gele bloemhoofdjes en smalle groene bladeren voegt deze plant kleur toe aan de omgeving. In Nederland komt de Gele morgenster voornamelijk voor in zonnige gebieden met vochtige, voedselrijke grond. De bloeiperiode strekt zich uit van mei tot augustus, en gedurende deze tijd trekt de plant diverse vlinders, zoals het Oranjetipje, en andere insecten aan. Een opvallend kenmerk van de Gele morgenster is het dagelijkse ritueel waarbij de bloemen 's ochtends opengaan en 's avonds weer sluiten, vandaar de naam "morgenster".
Voorkomen: graslanden, struwelen, kapvlakten en ruderaal terrein
Levensduur: meerjarig
Grootte: 0,2-0,9 meter
Wortelstelsel: penwortel
Stengel: rechtopstaand
Bladeren: verspreid, lijnvormig met een gave bladrand
Bloemen: composietenbloem, lintvormig, 5 vergroeide kroonbladen , 5 met elkaar vergroeide meeldraden en een onderstandig vruchgtbeginsel
Bloeiperiode: mei-augustus
Voortplanting: tweeslachtig en een nootje als vrucht
Bijzonderheden: De gele morgenster kent bij ons twee ondersoorten. De (Tragopogon pratensis subsp. Pratensis) en de oosterse morgenster (Tragopogon pratensis subsp. orientalis).
Classificatie: Morgenster (geslacht) – Composieten (familie) – Nieuwe tweezaadlobbigen (clade) – Bedektzadigen (clade) – Zaadplanten (klasse) – Landplanten (stam) – Planten (Rijk).