Wildwal en wildgraaf
In het gebied tussen landgoed Heuven en landgoed Beekhuizen zijn nog steeds de overblijfselen van een wildwal goed te zien. Dat is de Arnhemse wildgraaf die in de 17e eeuw is aangelegd en de liep van Oosterbeek tot aan De Steeg/Dieren. Dit met een lengte van ongeveer 20 kilometer. Naast deze extreem lange wildwal bestonden er op verschillende plekken ook lokale kleinere wildwallen.
De naam wildgraaf komt vanuit het Duits. Graaf is hier een verbastering van het Duitse woord “graben” (greppel graven). Wildgraaf heeft dezelfde betekenis als wildwal.
Waarom maakte men een wildwal/wildgraaf?
Tot aan de 16e eeuw waren het vooral de Gelderse hertogen die de bossen in en rondom de Veluwezoom in hun bezit hadden. Daarmee waren zij ook eigenaar van het wild dat in deze bossen leefde. De boeren die hun akkers vaak aan de rand van de bossen hadden liggen, hadden veel last van het wild dat vanuit het bos op hun akkers kwam om te eten van hetgeen daar groeide. Het ging hier om grofwild, zoals reeën, edelherten en wilde zwijnen.
Om hun akkers tegen het grofwild te beschermen gingen de boeren een wildwal (wildgraaf aanleggen). Door het aanleggen van een greppel in combinatie van een wal werd er een scheiding gemaakt tussen het bosgebied en de akkers van de boeren. Hierdoor kon het wild de akkers niet meer bereiken.
Hoe maakte men een wildwal?
Allereerst werd er een greppel gegraven met een diepte en breedte van een kleine meter. Met de grond uit de greppel werd er naast de greppel een wal opgeworpen, ook met een hoogte en breedte van ongeveer 1 meter. Vaak werd er bovenop de wal nog een hek of begroeiing geplaatst. Zo ontstond er een barricade met een hoogte van twee bij twee meter (exclusief de begroeiing). Dit was voor de dieren een onneembare vesting.
Bovenaan de Snippendaalse weg is een reconstructie van een wildwal gemaakt inclusief een informatiebord (zie onderstaande foto's).
Arnhemse wildgraaf
In de 17e eeuw vertoefden de stadhouders Willem II en Willem III veel op hun jachtslot te Dieren. De Veluwezoom was toen een geliefde plek voor hun om te gaan jagen. Om aan hun jacht gerieven tegemoet te komen werd de wildstand op de Veluwezoom op een hoog niveau gehouden. Dit veroorzaakt echter veel overlast voor de lokale boeren.
In opdracht van de Staten van Gelderland is toen de Arnhemse wildgraaf aangelegd. Deze wildwal liep van Oosterbeek/Arnhem tot aan De Steeg/Dieren en had een lengte van een kleine 20 kilometer. De bovenzijde van de wal was voorzien van een hekwerk.
Globaal liep de wildwal vanaf Arnhem over de huidige Schelmseweg tot aan het Wageningse hek bij kasteel Rozendaal. Hier hield de wildwal over een afstand van tientallen meters op en liep vanaf de oostkant van het park Rozendaal weer door richting Velp, het Beekhuizer bos en het Worthrheder bos. Vanaf daar liep de wildwal door tot aan De Steeg/Dieren.