Tamme kastanje (Castanea sativa)
De tamme kastanje is geen inheemse soort in Nederland. Oorspronkelijk komt de tamme kastanje uit Zuid-Europa. Zeer waarschijnlijk hebben de Romeinen deze boom geïntroduceerd rond het begin van onze jaartelling. Net als de beuk en de eiken valt de tamme kastanje onder de familie van napjesdragers. De bladeren zijn lancetvormig en hebben getande randen. De vrucht groeit uit tot een stevige groene stekelige bolster waar meestal twee tot drie kastanjes in groeien. De stekels beschermen de kastanjes voor vroegtijdige vraat van dieren zoals eekhoorns, grotere vogels, wilde zwijnen en muizen. De tamme kastanje is een geliefde boom voor bijen en andere insecten, want omstreeks in juni produceert deze veel pollen en nectar. De tamme kastanje is dan ook een windbestuiver. Daarbij verspreiden de mannelijke bloemen een geur die kevers aantrekt en ook zo bijdragen aan de bestuiving.
De tamme kastanje kunnen 300 tot 500 jaar oud worden en een hoogte bereiken van ongeveer 30 meter. Over een groot deel van Nederland komt de tamme kastanje voor. Het meest kom je ze tegen in het Midden, Oosten en Zuiden van Nederland.
Weetjes over de Tamme kastanje
- Het strooisel van een tamme kastanje verteert veel beter dan het strooisel van de beuk en de eiken.
- Het hout van de tamme kastanje heeft een fijne vezelige structuur en is goed bestand tegen vocht. Daarom wordt dit vaak gebruikt voor tuinmeubels, vaten en bruggen.
- Classificatie: Castanea (geslacht) - Napjesdragers (familie) Nieuwe tweezaadlobbigen (clade)– Bedektzadigen (clade) –Zaadplanten (klasse) – Landplanten (stam) – Planten (rijk).