Havik

Havik (Accipiter gentilis)

Havik-op-stronk-(Accipiter-gentilis)

De havik (vrouwtje) heeft een lengte van ongeveer 53 cm en is daarmee ongeveer zo groot als een buizerd. Het mannetje is ongeveer een derde kleiner dan het vrouwtje. De havik is een standvogel die hier broedt en overwintert. Een volwassen havik heeft aan de onderkant donkere grijsbruine veren die over de breedte in banden lopen. Bij jonge haviken is de kleur meer roodbruin. De havik heeft korte, brede en afgeronde vleugels met een lange staart. Haviken komen voor in bossen, waarbij ze een voorkeur hebben voor naaldbossen. Daarbij komen ze ook vaker voor in de omgeving van bewoning.

Jagen doen ze vooral in de open stukken bos, waarbij ze vanuit een hinderlaag zich, in een flits, naar beneden storten op de prooi. De prooien van haviken zijn: muizen, konijnen, duiven, kraaien, hazen, etc. Vanaf maart begint de broedtijd en haviken zijn dan luidruchtiger als normaal. Je hoort dan vaak een kekkerend geluid, soms ook lijkend op de buizerd. Het nest van de havik is erg groot en dus goed herkenbaar.

  • Classificatie: Accipiter (geslacht) – havikachtigen (familie) – Accipitriformes (orde) – vogels (klasse).

 

Havik-in-de-sneeuw-(Accipiter-gentilis)