De mannetjes van de heikikker worden blauw tijdens de paartijd

Heikikker (Rana arvalis)

 Met uitzondering van Flevoland komt de heikikker in alle provincies voor, maar het meest in Noord-, Midden- en Zuid Nederland. De heikikker is een middelgrote kikker van ongeveer 8 cm met een wat spitse snuit. De kleur kan variëren van geelbruin tot roodachtig/groenig bruin. Aan de zijkant heeft de heikikker donkere vlekken zitten en de meeste heikikkers hebben een lichte lengtestreep over de rug lopen.

Leefomgeving van de heikikker

De heikikker kom je het meest tegen op de heide, hoog- en laagveen en halfnatuurlijk grasland. Daarnaast komen ze ook wel in bossen voor. Er moet uiteraard wel water, zoals vennetjes en sloten,  aanwezig zijn voor de voortplanting.

Wat eet de heikikker?

De larven van heikikkers eten, net zoals andere kikkers, zowel dierlijk als plantaardig voedsel. De volwassen exemplaren hebben vooral ongewervelden zoals vlinders, kevers en spinnen op het menu staan.

 Weetjes over de heikikker:

• Classificatie: Bruine kikkers (geslacht) – Echte kikkers (familie) – Kikkers (orde) – Amfibieën (klasse)
• Gedurende de paartijd (februari tot ongeveer april) hebben de mannetjes een licht tot felblauwe kleur. Deze kleur is slechts een paar dagen aanwezig en dient als signaal naar de andere mannetjes.
• Hoor je tijdens de paartijd een klokkend geluid nabij het water dan is dat het geluid van een mannetjes heikikker die zich kenbaar maakt.
• Gedurende de winter verblijven heikikkers hoofdzakelijk in een vorstvrije schuilplaats op het land.