Gladde slang

Gladde slang

Gladde slang (Coronella austriaca)

De gladde slang doet zijn naam eer aan door zijn ongekielde schubben, waardoor deze een glad uiterlijk heeft. Het lichaam van de gladde slang is vrij slank en heeft een bruine of grijzige kleur met vlekken- en streeptekens. De gladde slang kan 70 tot 80 cm lang worden en in vergelijking met de ringslang is dat de helft kleiner. De leeftijd doe gladde slangen kunnen bereiken ligt ongeveer op 15 jaar en ze zijn niet giftig. 

Leefomgeving van de gladde slang

Gladde slangen leiden een verborgen leven, dus de kans dat je ze te zien krijgt is niet erg groot. De meeste kans heb je na een bewolkte periode of een regenbui. Dan willen ze hun schuilplaats verlaten om een plekje in de zon te zoeken om zich op te warmen. In Nederland komen gladde slangen vooral voor op de hogere zandgronden zoals de Veluwe en de Veluwe. Daar heb je de meeste kans om ze te treffen bij droge heidegebieden en open bospercelen. 

Wat eet de gladde slang?

Op het menu van de gladde slang staan jonge muizen uit het nest, hazelwormen, hagedissen, maar ook jonge slangen zoals de adder. De gladde slang pakt zijn prooi met de bek vast en omwikkelt deze dan met zijn lichaam waardoor de prooi stikt.

Weetjes over de gladde slang

  • Classificatie: Coronella (geslacht) – Gladde slangen (familie) – Slangen (onderorde) – Schubreptielen (orde) – Reptielen (klasse).
  • Gladde slangen zijn overdag actief gedurende de maanden februari tot aan november.
  • Gladde slangen zijn eierlevendbarend. Dit betekent dat het vrouwtje de eieren uitbroedt in haar lichaam en de jongen levend ter wereld komen. 
  • De paring vindt plaats in april-mei en het vrouwtje legt ongeveer 2 tot 12 eieren in haar eigen lichaam. Ongeveer eind augustus-september worden de jongen geboren.
  • De gladde slang staat op de rode lijst met de status ‘bedreigd’.
Gladde slang (Coronella austriaca)

Gladde slang

 

reptielen en amfibieen